Informatie over anesthesie

Informatie over anesthesie

Anesthesie betekent letterlijk gevoelloosheid: het wegnemen van pijn. Er zijn verschillende vormen van anesthesie, zoals algehele anesthesie (narcose), waarbij de patiënt slaapt of verdoving van een deel van het lichaam.

Over anesthesie uitklapper, klik om te openen

Scan de bovenstaande QR-code met uw telefoon om een video over dit onderwerp te bekijken. Of bekijk de video via:

De anesthesioloog

De arts die zich in de anesthesie gespecialiseerd heeft, is de anesthesioloog. Naast de anesthesie zelf, zorgt de anesthesioloog voor belangrijke lichaamsfuncties, zoals de ademhaling, de bloedsomloop, temperatuur en de samenstelling van het bloed. Na de ingreep regelt de anesthesioloog onder meer de pijnbestrijding en zorgt hij voor de patiënt op de uitslaapkamer of Intensive Care.

De anesthesioloog krijgt bij de uitvoering van zijn taken assistentie van de anesthesiemedewerkers en uitslaapkamer medewerkers. Dit zijn gespecialiseerde verpleegkundigen. 

Soorten anesthesie uitklapper, klik om te openen

Er zijn verschillende soorten anesthesie (verdoving):

Het type anesthesie dat de patiënt krijgt, hangt af van verschillende factoren. Soms wordt een combinatie van deze vormen toegepast. Er wordt rekening gehouden met de algehele gezondheid van de patiënt, met de ernst van de ingreep, de duur van de operatie en de wens van de patiënt. De uiteindelijke keuze van anesthesie wordt met de patiënt besproken. 

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

Vóór de operatie krijgt de patiënt een afspraak op de polikliniek anesthesiologie. De anesthesioloog beoordeelt of de patiënt gezond genoeg is om de operatie te ondergaan en geeft uitleg over de anesthesie. Dit kan digitaal, via een belafspraak of door een bezoek op de polikliniek.

Voorbereiding op de ingreep

• 6 uur voor de operatie niet meer eten, geen melkproducten of ondoorzichtige vloeistoffen drinken. Tot aan de ingreep mag u heldere vloeibare dranken zoals water, thee (met suiker, geen melk) of aanmaaklimonade blijven drinken. Wij adviseren u dit te blijven drinken, om te zorgen dat u vocht en suikers binnen blijft krijgen, voor een beter herstel na de operatie. Sommige patiënten krijgen nog een drankje mee met extra suikers om 2 uur voor de operatie in te nemen, voor een beter herstel. Op het moment dat u onder narcose gaat moet uw maag leeg zijn, anders kan de operatie niet doorgaan.
• De anesthesioloog of chirurg heeft met u afgesproken welke medicijnen u ter voorbereiding op de operatie moet innemen en met welke medicijnen u juist moet stoppen. Volg dit advies goed op.
• Hoeft u na de operatie niet in het ziekenhuis te blijven? Zorg dan voor vervoer en begeleiding. Na de operatie mag u niet zelf naar huis rijden.
• Om ontstekingen te voorkomen, is het belangrijk dat u voordat u naar het ziekenhuis komt in bad gaat of een douche neemt, uw haar wast en uw tanden poetst.
• Als de huid van het operatiegebied behaard is, verzoeken wij u het operatiegebied niet zelf te scheren of op een andere manier te ontharen. Als de chirurg het nodig vindt dat de beharing wordt weggehaald, wordt dat terplekke gedaan. Zelf scheren vergroot de kans op ontstekingen.
• Verwijder alle make-up, ook nagellak.
• Laat sieraden thuis.
• Kies losse, gemakkelijke kleding, zodat u geen problemen krijgt met het eventuele verband dat aangelegd wordt.
• Wilt u op de dag van de operatie niet roken. Roken prikkelt de longen en vergroot de kans op ademhalingsproblemen bij narcose en zorgt dat wonden slechter genezen. Het beste is als u 4 weken voor de operatie stopt met roken.

Tijdens en na de operatie uitklapper, klik om te openen

Meer informatie leest u op de pagina OK-centrum F4.

Contact uitklapper, klik om te openen

Maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur.

Meer weten uitklapper, klik om te openen

Voor uitgebreide informatie kunt u de patiëntfolder doornemen.

Lees meer in de patiëntfolder

Praktische informatie over een afspraak kunt u onder ‘Agenda’ in het patiëntportaal Mijn UMC Utrecht vinden.

Naar Mijn UMC Utrecht