Terug

VIT

Volledig Implanteerbaar toedieningssysteem (VIT)

Patiëntfolder

Deze folder gaat over een ‘volledig implanteerbaar toedieningssysteem’ (VIT): een centraal veneuze katheter voor het toedienen van medicijnen of bloedproducten. 

Waarom krijgt u een VIT? uitklapper, klik om te openen

Voor de behandeling van uw ziekte krijgt u regelmatig medicijnen of bloedproducten toegediend. Omdat uw vaten moeilijk aan te prikken zijn door de eerdere behandelingen en omdat u eventueel ook thuis medicijnen toegediend krijgt, eventueel via een infuuspomp, is voorgesteld een centraal veneuze katheter in te brengen. U zult een zogenaamd ‘volledig implanteerbaar toedieningssysteem’ (VIT) krijgen. In deze brochure leest u meer informatie over de katheter. Achtereenvolgens wordt op de voorbereiding van de ingreep en op de ingreep zelf ingegaan. Tevens krijgt u adviezen over het omgaan met de katheter en wat u moet doen bij noodgevallen. Deze brochure zal niet het gesprek met uw arts en verpleegkundige vervangen, maar dient slechts als aanvulling.

Wat is een VIT? uitklapper, klik om te openen

Een volledig implanteerbaar toedieningssysteem, kortweg VIT genoemd, bestaat uit een dun flexibel slangetje dat aangesloten wordt op een klein kastje. Het slangetje wordt via een bloedvat onder het sleutelbeen opgeschoven totdat het uiteinde vlak bij het hart ligt. Het kastje wordt onder de huid van de borstkas ingebracht en vastgehecht om verschuiving te voorkomen (zie tekening 1).

Tekening 1

Daarna wordt het aangesloten op het slangetje. De toegang tot het VIT wordt verkregen door met een speciale naald door de huid het kastje aan te prikken (zie tekening 2). Door deze naald kunnen infuusvloeistoffen, medicijnen en eventueel bloedproducten toegediend worden. Ook kan er een infuuspomp op aangesloten worden. Bovendien kan in de meeste gevallen via dit systeem bloed worden afgenomen. Wanneer de toegang tot het VIT tijdelijk niet langer nodig is wordt de naald verwijderd en blijft een bobbel van het kastje zichtbaar.

Waar en hoe wordt een VIT ingebracht? uitklapper, klik om te openen

Het VIT wordt door een chirurg onder algehele verdoving (narcose) ingebracht: u bent in een kunstmatige diepe slaap, zodat u niks van de operatie merkt. Het inbrengen van het VIT vindt plaats op de operatiekamer. De ingreep duurt gemiddeld drie kwartier tot een uur. Tijdens de ingreep zal de verpleegkundige van de operatiekamer voor u zorgen. Een verpleegkundige of arts zal met u de plaats bepalen voor het kastje van het VIT. Hierbij wordt gelet op verschillende factoren, zoals de plaats van schouderbandjes. Tevens is het belangrijk dat u het aanprikpunt kunt zien in verband met de verzorging van het VIT. Het kastje zit in principe onder uw kleding en is dus voor anderen niet zichtbaar. Een VIT kan zowel links (bij voorkeur in verband met de lichaamsbouw) als rechts ingebracht worden. Voordat u naar de operatiekamer gaat, krijgt u nog één keer een infuus in de arm of hand om eenmalig een antibioticum te krijgen. Dit is bedoeld om infectie tijdens de ingreep te voorkomen. Dit infuus wordt bij terugkomst op de afdeling weer verwijderd.

U ligt tijdens de ingreep op een operatietafel met een opgerolde handdoek tussen uw schouderbladen om het bloedvat makkelijker aan te kunnen prikken. De inbrengplaats en de huid hieromheen worden schoongemaakt met jodium. Hierna wordt het gebied afgedekt met steriele doeken. Uw hoofd blijft vrij. De operatietafel wordt iets gekanteld, zodat u met uw hoofd iets lager ligt.

Er wordt een kleine incisie (sneetje) gemaakt onder het sleutelbeen. Hierdoor wordt het een slangetje in het bloedvat gebracht. Een tweede incisie komt wat lager op de borst. Hier wordt ruimte gemaakt om het kastje te kunnen plaatsen. Het slangetje wordt onder de huid verbonden met het kastje. Beide wondjes worden onder de huid gehecht en met een steriel gaasje verbonden. De hechtingen lossen na enkele dagen vanzelf op. Het kastje wordt aangeprikt en eventueel aangesloten op een infuus. Tijdens en na de ingreep wordt door middel van röntgenfoto’s gecontroleerd of het VIT op de goede plaats ligt.

Tekening 2

Hoe gaat u met een VIT om? uitklapper, klik om te openen

Verzorging

Met het VIT kunt u gewoon gaan douchen of baden. Wanneer deze is aangesloten op een infuuspomp is het belangrijk tijdens het douchen de infuuspomp te beschermen in een plastic zak. Na het douchen dient u de afplakpleister en de infuuslijnen goed te drogen. U mag baden als u ervoor zorgt dat de infuuslijnen en de insteekplaats niet onder water komen. Het VIT wordt, wanneer deze niet is aangeprikt, eenmaal per maand doorgespoten met bloedverdunnende medicijnen (heparine) om verstopping te voorkomen. Dit wordt gedaan door een verpleegkundige op de dagbehandeling medische oncologie. Soms kan dat door verpleegkundigen in de thuiszorg gedaan worden.

Leefregels

Bij uw dagelijkse werkzaamheden zult u weinig hinder hebben van het VIT als u niet bent aangesloten op een infuus of infuuspomp. Als u wel bent aangesloten op een infuus of infuuspomp moet u rekening houden met de manier waarop u bent aangesloten. Over de verschillende mogelijkheden van het praktisch afplakken en het draagcomfort van een eventuele infuuspomp zal de verpleegkundige u adviseren. Het is raadzaam kleding te dragen die u niet in uw beweging beperkt of te strak zit.

Voor vrouwen geldt dat soms rekening gehouden moet worden met het dragen van een bh. Over sportactiviteiten kunt u overleggen met uw arts of verpleegkundige.

Complicaties uitklapper, klik om te openen

Soms is het niet mogelijk het bedoelde bloedvat aan te prikken of er een VIT in op te voeren. Dan zal de procedure worden beëindigd. In verreweg de meeste gevallen verloopt de procedure probleemloos. Een enkele keer wordt tijdens de ingreep het longvlies aangeprikt, waardoor de long (gedeeltelijk) kan inzakken. U kunt hier een benauwd gevoel van krijgen, maar dat is niet bij iedereen het geval. Voor alle zekerheid wordt daarom na afloop van iedere procedure nogmaals op de longfoto (thoraxfoto) gekeken of de long aangeprikt is. Mocht de long (gedeeltelijk) zijn ingezakt, dan is het nodig tijdelijk een slangetje (drain) in de borstholte te plaatsen zodat de long zich weer volledig zal ontplooien. Deze procedure gebeurt onder plaatselijke verdoving. Als dit nodig is moet u ook langer opgenomen blijven. Zoals bij iedere chirurgische ingreep zijn infectie en andere stoornissen in de wondgenezing na de ingreep helaas niet altijd te vermijden. Veelal is dit met wondverzorging en eventueel antibiotica te behandelen. In sommige gevallen is het echter nodig het VIT weer te verwijderen. Dit laatste geldt ook wanneer het VIT verstopt is. In uitzonderlijke gevallen blijkt het VIT toch niet in het bedoelde bloedvat te liggen, ook dan kan het om veiligheidsredenen nodig zijn haar te verwijderen.

Wanneer moet u contact opnemen? uitklapper, klik om te openen

U dient zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de behandelend arts als:

  • De insteekplaats rood, gezwollen of pijnlijk is.
  • U bloed of pus bij de insteekopening van de naald bemerkt.
  • U koorts boven 38 graden Celcius heeft zonder aanwijsbare reden.
  • U een pijnlijke dikke arm heeft aan de kant waar het volledig implanteerbaar toedieningssysteem is geplaatst.

Een arts is altijd bereikbaar via de polikliniek of de telefooncentrale. Als u na het lezen van deze brochure nog vragen heeft, kunt u die altijd stellen aan uw behandelend arts en verpleegkundige.

Contact uitklapper, klik om te openen

Hebt u vragen? Neem dan contact met ons op. Voor het maken van een afspraak hebt u een verwijzing nodig van de huisarts of specialist.  

Polikliniek Interne geneeskunde

088 75 56306

De afdeling is op werkdagen bereikbaar van 08.00 - 17.00 uur

Als u een afspraak wilt maken op de polikliniek Medische oncologie hebt u een verwijzing nodig van uw huisarts of specialist.

Polikliniek Medische oncologie

088 75 563 08 

U kunt de polikliniek van 8.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 17.00 uur bereiken. 
Overige contactgegevens

Acute hulp buiten kantooruren
In de avond en nacht, tijdens het weekend en op feestdagen neemt u contact op met de dienstdoende oncoloog: 088 75 555 55. Vraag naar de dienstdoende oncoloog, de receptie verbindt u dan door.

Second opinion
Bezoekt u deze webpagina omdat u een polikliniek-afspraak wilt maken voor een second opinion? Leest u dan alstublieft eerst de informatie op de webpagina 'Second opinion'.

Verpleegafdeling Dagbehandeling Medische Oncologie

U kunt contact opnemen met de dagbehandeling medische oncologie via het poliklinieksecretariaat, te bereiken van 8.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 17.00 uur via 088 75 563 08.

Acute hulp buiten kantooruren

In de avond en nacht, tijdens het weekend en op feestdagen neemt u contact op met de dienstdoende oncoloog. U belt daarvoor met het algemene nummer van het UMC Utrecht: 088 75 555 55.

Vraag naar de dienstdoende oncoloog. De receptie verbindt u dan door.

Postadres

UMC Utrecht
Afdeling Medische Oncologie
Huispost B02.226
Postbus 85500
3508 GA Utrecht

Verpleegafdeling Medische oncologie (B2 west)


Verpleegafdeling Medische Oncologie

088 75 562 40

Acute hulp buiten kantooruren

In de avond en nacht, tijdens het weekend en op feestdagen neemt u contact op met de dienstdoende oncoloog. U belt daarvoor met het algemene nummer van het UMC Utrecht 088 75 555 55 en vraagt naar de dienstdoende oncoloog. De receptie verbindt u dan door.