Bij u is borstkanker of een voorstadium van borstkanker geconstateerd. Voor de behandeling is het noodzakelijk om te weten of er wel of geen uitzaaiingen naar de oksel zijn. De methode die hiervoor gebruikt wordt noemt men de schildwachtklierprocedure.
Een schildwachtklierprocedure (sentinal node procedure = SNP) is een operatie waarbij één of enkele lymfeklieren worden verwijderd uit de oksel.
Als borstkanker uitzaait, gaat dit meestal via de lymfeklieren in de oksel. Wanneer er kankercellen loskomen van de tumor, kunnen deze terecht komen in het lymfevocht. Het lymfevocht wordt vervolgens afgevoerd naar de lymfeklieren. Vanuit daar kunnen de kankercellen uitzaaien in de rest van het lichaam.
Door deze lymfeklier(en) te verwijderen, kan er onderzocht worden of er kankercellen in aanwezig zijn. Dit geeft informatie over de uitgebreidheid van de borstkanker en deze informatie wordt gebruikt om in te schatten welke behandeling nodig is. De schildwachtklier is meestal een lymfeklier in de oksel. Soms is de schildwachtklier een lymfeklier achter het borstbeen.
In de meeste gevallen wordt de schildwachtklierprocedure gecombineerd met een operatie aan de borst. Soms wordt de schildwachtklierprocedure los van een operatie aan de borst uitgevoerd.
Voorafgaand aan de borstoperatie
Op de dag van de borstoperatie, of één dag voor de operatie wordt een kleine hoeveelheid radioactief materiaal onder de huid rondom de tepel ingespoten.
Het inspuiten van het radioactieve materiaal wordt gedaan op de afdeling radiologie (receptie 19). De afspraaktijden en de afdeling waar u zich moet melden ontvangt u van de afdeling opname.
Tenminste twee uur na het toedienen van de radioactieve vloeistof worden opnames gemaakt: de ‘lymfoscintigrafie’. Op deze opnames worden zowel de plaats van de injectie als de eerste lymfeklier(en) die de radioactieve stof opneemt afgebeeld. Deze eerste klier, soms eerste 2 of 3 klieren, noemen we de schilwachtklier(en). De plaats van de schildwachtklier wordt op de huid gemarkeerd met inkt.
De lymfoscintigrafie bestaat uit twee series opnamen, die in totaal ongeveer 1 uur duren. De radioactieve stof heeft geen nadelige gevolgen voor uw gezondheid.
Tijdens de operatie
Bij een borstsparende operatie wordt de schildwachtklier via een aparte snee in de oksel weggenomen. Ondergaat u een borstamputatie, dan wordt via het litteken van de borst ook de schildwachtklier verwijderd.
Na de operatie
De wond
Na de schildwachtklieroperatie heeft u een wond onder de oksel. Deze wordt onderhuids gehecht, deze hechtingen lossen vanzelf op. De pleister op de wond mag na twee dagen worden verwijderd.U kunt douchen met deze pleister, maar niet laten doorweken.
Het is belangrijk dat u na de operatie uw arm blijft gebruiken, vermijd wel zware belasting van de arm tot het eerste polibezoek. Omdat de oksel een zenuwrijk gebied is, is het mogelijk dat u na de operatie een doof, tintelend of wat branderig gevoel heeft rond de wond of aan de binnenkant van de bovenarm. Dit verdwijnt meestal na een aantal weken.
De poliklinische controle
Als de schildwachtklier gevonden wordt, is nog niet bekend of deze tumorcellen bevat. Dit wordt onderzocht door de patholoog. Ongeveer acht tot tien dagen na de operatie is de uitslag van het weefselonderzoek bekend. Deze wordt op de polikliniek door de (verpleegkundig)specialist met u besproken.
Als in de schildwachtklier geen tumorcellen worden aangetroffen, volgt geen verdere behandeling van de oksel. Als er wel tumorcellen worden gevonden, dan volgt een extra behandeling. Deze behandeling kan bestaan uit bestraling van de oksel of een operatie waarbij ook de rest van de okselklieren worden verwijderd (okselklierdissectie).