Terug

Operaties voor dikke darmkanker

Operaties voor dikke darmkanker

Patiëntfolder

De chirurg heeft met u besproken dat u darmkanker heeft. De behandeling bestaat uit een operatie. Eventueel kan hier een behandeling met chemotherapie op volgen. Ook heeft de chirurg met u besproken, of er een (tijdelijk) stoma aangelegd moet worden. Om uw ziekte te begrijpen en ermee om te leren gaan, is goede informatie belangrijk. De chirurg en de verpleegkundige bespreken de ziekte en behandelmogelijkheden met u. Deze folder is bedoeld als ondersteuning hierin.

Het is goed om u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven. De ervaring leert dat veel mensen het prettig vinden om mee te denken over de behandeling van hun ziekte. Wanneer u twijfelt of bepaalde informatie op u van toepassing is, kunt u dit altijd aan de chirurg of verpleegkundige vragen.

De vaste contactpersoon is uw eerste aanspreekpunt voor vragen. Uw vaste contactpersoon bewaakt ook het vlotte verloop van uw afspraken, onderzoeken en behandelingen.

De dikke darm uitklapper, klik om te openen

Ons voedsel komt via de slokdarm, de maag in de dunne darm terecht. Daar wordt het voedsel grotendeels verteerd en worden voedingsstoffen opgenomen in het bloed. Wat er daarna aan voedselresten overblijft, komt terecht in de dikke darm. Dit is het laatste deel van het spijsverteringskanaal.

De dikke darm bestaat globaal uit 3 delen:
De blinde darm (coecum), de dikke darm (colon en de endeldarm (rectum).

  • Rechts onder in de buik ligt het coecum. De dunne darm mondt hierop uit. Aan het coecum zit het wormvormig aanhangsel (appendix).
  • De eigenlijke dikke darm is het grootste deel. Rechts in de buik, tot aan de lever ligt het opstijgende deel (colon ascendens). Bij de lever maakt de dikke darm een bocht en loopt onder de maag door naar links. Dit heet het dwarsliggende deel (colon transversum). Vervolgens maakt de dikke darm opnieuw een bocht en loopt links in de buik naar beneden: het dalende deel (colon descendens). Dit gaat over in de kronkeldarm (sigmoïd).
  • Het laatste deel van de dikke darm bestaat uit de endeldarm (rectum), die eindigt met het anale kanaal en de sluitspier (anus). In totaal is de dikke darm ongeveer anderhalve meter lang.
  • De dikke darm ligt in de buikholte. Deze holte is aan de binnenkant bekleedt met een speciaal soort weefsel, het buikvlies (peritoneum). Het buikvlies omsluit het grootste deel van de dikke darm.

Behandeling uitklapper, klik om te openen

De chirurg verwijdert de tumor ruim. Dat wil zeggen dat behalve de tumor ook schijnbaar gezond dikke darm weefsel daaromheen en nabijgelegen lymfklieren, lymfevaten en bloedvaten worden weggenomen.

Dit gebeurt omdat tijdens de operatie niet te zien is of het weefsel net buiten het tumorgebied vrij is van kankercellen, en omdat het lymfeweefsel in de dikke darm nauw verweven is met bloedvaten. Het ruim opereren vergroot de kans dat alle tumorcellen weg zijn. Een patholoog onderzoekt het weggenomen weefsel, de randen daarvan en de lymfklieren onder de microscoop op aanwezigheid van kankercellen. De uitslag van dit onderzoek geeft belangrijke informatie over het stadium van de ziekte. Deze informatie bepaalt mede of verdere behandeling met chemotherapie noodzakelijk is.

Indien een tumor zich in de rechterhelft van de dikke darm bevindt, is het noodzakelijk deze helft te verwijderen.

In enkele gevallen kiest de chirurg voor het verwijderen van het laatste deel van de dunne darm en het eerste deel van de dikke darm, een lleocoecaalresectie (zie illustratie). Over het algemeen wordt de hele rechterhelft van de dikke darm verwijderd, een Hemicolectomie rechts (zie illustratie).

Als de tumor zich in de linkerhelft van de dikke darm bevindt, is het noodzakelijk om deze helft te verwijderen, een hemicolectomie links (zie illustratie). Bevindt de tumor zich in het dwarse deel van de dikke darm, dan is het afhankelijk van de locatie van de tumor. Soms is dan een iets uitgebreidere hemicolectomie links of rechts voldoende. Bevindt de tumor zich in het onderste deel van de dikke darm, dan verwijdert de chirurg een kleiner deel van de rechterhelft, een sigmoïdresectie (zie illustratie). In enkele gevallen kiest de chirurg bij een tumor in het onderste deel van de dikke darm voor een Hartman procedure (zie illustratie). Hierbij wordt een blijvend stoma aangelegd op de dikke darm.

NB: De behandeling van endeldarmkanker (rectumcarcinoom) is verschillend van de behandeling van dikke darmkanker en wordt in een andere folder beschreven.

Operatie uitklapper, klik om te openen

Over het algemeen wordt u op de dag van de operatie ‘s ochtends opgenomen. In de brief die u thuis ontvangt, staat hoe laat u zich moet melden en waar. Van de anesthesist hoort u in het preoperatieve gesprek of u uw eventuele medicatie moet blijven gebruiken of moet stoppen. Ook bespreekt de anesthesist met u vanaf welke tijd u niet meer mag eten, drinken en roken. Voor de operatie gaat u naar de screening. Een verpleegkundige noteert alle relevante gegevens van u, stelt nog aanvullende vragen over uw gezondheid of persoonlijke situatie en u ontvangt informatie over het ERAS programma (beter en sneller herstel na een darmoperatie) en wat dat voor u betekent. Alle maatregelen in dit programma zijn er op gericht u na de operatie beter en sneller te laten herstellen. U krijgt de brochure met uitgebreide informatie over het ERAS programma van de screeningsverpleegkundige.

De (kijk)operatie wordt verricht onder algehele narcose, in combinatie met een ruggenprik (epiduraal anesthesie) en duurt ongeveer 3 uur. In het preoperatieve gesprek geeft de anesthesist u uitleg over de narcose en de ruggenprik. Tijdens de operatie ligt u op uw rug. Er worden drie kleine sneden in uw buik gemaakt om de instrumenten in te brengen waarmee de chirurg opereert. Een vierde wat grotere snede wordt gemaakt om de darm met de tumor uit uw buik te verwijderen. Het kan voorkomen dat een geplande kijkoperatie niet uitvoerbaar blijkt. In dat geval zal de chirurg alsnog een grotere snede in de buik maken, om de operatie te kunnen voltooien.

Afhankelijk van de mogelijkheden verbindt de chirurg de uiteinden van de darm weer met elkaar. Deze verbinding wordt ook wel anastomose genoemd. Als hij twijfels heeft over de kwaliteit van de verbinding, legt de chirurg een tijdelijk dubbelloops stoma aan op het eind van de dunne darm (ileostoma). Wanneer voor de operatie al duidelijk is dat u (mogelijk) een tijdelijk stoma zal krijgen, gaat u voor een informatief gesprek naar de stomaverpleegkundige. Op de dag van de operatie komt de stomaverpleegkundige bij u langs om samen met u de voorkeursplaats van de stoma te bepalen.

Mogelijke complicaties uitklapper, klik om te openen

Geen enkele operatie is zonder risico’s. De kans op complicaties hangt samen met het verloop van de operatie. Hoe ingewikkelder de operatie des te meer kans op het beschadigen van de structuren die vlakbij de darm liggen.

De volgende complicaties kunnen optreden:

  • Bloeding
    Een bloeding tijdens de operatie wordt direct door de chirurg behandeld.
  • Longontsteking
    Een longontsteking zal behandeld worden met antibiotica via het infuus. De opname in het ziekenhuis zal hierdoor langer zijn.
  • Wondinfectie
    Een wondinfectie treedt meestal op tussen de 3e en 7e dag na de operatie. Deze zal behandeld worden door de wond te openen en te spoelen. Deze behandeling kan in de thuissituatie voortgezet worden. Mocht er wijkverpleging nodig zijn, dan wordt dit vanuit het ziekenhuis geregeld.
  • Naad lekkage
    Lekkage van de darmnaad is een ernstige complicatie met name als er geen tijdelijk stoma is aangelegd. Vaak moet de chirurg opnieuw opereren en zal er alsnog een (tijdelijk) stoma aangelegd moeten worden. Het risico op een naad lekkage wordt verhoogd door leeftijd, roken, diabetes, corticosteroïdgebruik, hart- en vaatziekte of een longaandoening.

Na de operatie uitklapper, klik om te openen

Direct na de operatie bent u door een aantal slangen verbonden met apparaten.

Dat kunnen zijn:

  • Eén of twee infusen voor vochttoediening
  • Een dun slangetje (epiduraal katheter) in uw rug voor pijnbestrijding
  • Een blaaskatheter voor afloop van urine
  • Eventueel zuurstof

Al naar gelang het herstel na de operatie worden deze hulpmiddelen verwijderd. U mag in principe direct na de operatie weer drinken en vloeibare voeding gebruiken. De dag na de operatie wordt uw dieet uitgebreid. Na de operatie begint u ook zo snel mogelijk met uit bed gaan en bewegen. Dit is belangrijk om trombose te voorkomen, om verlies van spierkracht tegen te gaan en de darmen te prikkelen. De opnameduur is, afhankelijk van het herstel, ongeveer 3 tot 6 dagen. Als een stoma is aangelegd, dan is dat mogelijk nog een paar dagen langer.

Vanaf de verpleegafdeling krijgt u een afspraak mee voor de poliklinische controle bij de chirurg. De uitslag van het microscopisch onderzoek van het verwijderde darmweefsel is na ongeveer 10 dagen bekend. De chirurg bespreekt deze uitslag met u tijdens de poliklinische afspraak, tenzij dit al tijdens de opname is gedaan. De uitslag van het weefselonderzoek zegt iets over de aard van de aandoening en de uitgebreidheid ervan. Naar aanleiding van de bevindingen kan een aanvullende behandeling zoals chemotherapie worden geadviseerd. Hierover ontvangt u uitgebreide informatie tijdens uw opname of daarna op de polikliniek.

Follow up uitklapper, klik om te openen

U blijft onder controle bij de chirurg en de verpleegkundig specialist voor een periode van 5 jaar, de zogenaamde follow up periode. Regelmatig wordt er bloed geprikt op tumormarkers en een echo gemaakt van de bovenbuik. Ook volgt er nog een controle colonoscopie na 1 en 4 jaar. De chirurg bespreekt het follow up schema met u tijdens het eerste consult na de operatie. U krijgt het ook op papier mee naar huis.

Vragen uitklapper, klik om te openen

Heeft u nog vragen, stel ze dan gerust aan uw vaste contactpersoon, de arts of de verpleegkundige. Bij dringende vragen of problemen vóór uw behandeling kunt u bellen naar telefoonnummer 088 75 595 01.

Wanneer zich thuis na de operatie problemen voordoen, neem dan contact op met de huisarts. Is contact met het ziekenhuis noodzakelijk, dan kan uw huisarts contact opnemen via telefoonnummer 088 75 555 55 en vragen naar de dienstdoende chirurgische assistent.

Meer informatie uitklapper, klik om te openen

Bij de stichting SPKS, stichting voor patiënten met kanker aan het spijsverteringskanaal, kunt u terecht voor lotgenotencontact en informatie.

T: 0800 022 66 22
W: www.spks.nl
E: lotgenotencontact@spks.nl

Overige websites met informatie

Darmkanker app

De darmkanker app geeft informatie en hulpmiddelen voor darmkankerpatiënten. Scan of klik op de QR code om de Nederlandse versie van de Darmkanker app te downloaden:

Generieke content afbeelding

Contact uitklapper, klik om te openen

Hebt u vragen? Neem dan contact met ons op. Voor een afspraak hebt u een verwijzing nodig van de huisarts of specialist.

Polikliniek Heelkunde

088 75 550 21

De polikliniek is op werkdagen bereikbaar van 08.30 tot 16.45 uur