Terug

Isolatiemaatregelen bij MRSA

Isolatiemaatregelen bij dragers MRSA-bacterie

Patiëntfolder

U bent drager van de MRSA bacterie en wordt daarom bij opname in het ziekenhuis geïsoleerd verpleegd. Zo kunnen we verspreiding van de MRSA bacterie voorkomen.

Hier leggen we uit wat MRSA is en wat geïsoleerde verpleging voor u betekent.

Wat is MRSA?

MRSA (Meticilline Resistente Staphylococcus aureus) is een bacterie. MRSA is ongevoelig voor behandeling met de meeste antibiotica. 

Drager

Iedereen draagt bacteriën bij zich, op de huid en in het lichaam. Er zijn heel veel verschillende bacteriën. Ze hebben vaak een nuttige functie en veroorzaken meestal geen ziekte. Als u bacteriën bij u draagt die geen ziekte veroorzaken, bent u ‘drager’ van deze bacteriën. Vaak zijn mensen drager, zonder dat ze hier zelf iets van merken. MRSA veroorzaakt meestal geen infectie, de meeste patiënten met MRSA zijn dus drager.

Infectie

Soms wordt u ziek van bacteriën. Dit noemen we een infectie (bijvoorbeeld een ontstoken wondje, steenpuist of keelontsteking). Elke bacterie kan een infectie veroorzaken. Bij gezonde mensen gaat dat vaak vanzelf over. Als de infectie niet vanzelf over gaat, schrijft de arts medicijnen voor. De infectie wordt dan behandeld met speciale medicijnen die bacteriën doden. Dat zijn antibiotica. 

MRSA-infectie

De MRSA bacterie is ongevoelig (resistent) voor een aantal veel gebruikte antibiotica. Als een patiënt ziek wordt door de MRSA bacterie kan de arts deze antibiotica – de zogenaamde beta-lactam antibiotica – niet gebruiken. Er zijn nog wel andere antibiotica waar de MRSA bacterie gevoelig voor is. De infectie zal dus behandeld worden met andere antibiotica. 

Hoe komt u eraan?

De MRSA bacterie verspreidt zich vooral door lichamelijk contact met een persoon die drager is van de MRSA bacterie. Meestal gebeurt dit via handencontact. De verspreiding kan ook gaan via voorwerpen, oppervlakken (zoals bed, deur en toilet ) en via huidschilfers of stof in de lucht.

De twee belangrijkste soorten MRSA bacteriën zijn:

  • de ziekenhuis-MRSA: u hebt de grootste kans deze op te lopen tijdens opname in een buitenlands ziekenhuis.
  • de vee gerelateerde-MRSA: Varkens, vleeskalveren en vleeskuikens kunnen MRSA bij zich dragen. Deze MRSA soort wordt hierdoor ook gevonden bij mensen die wonen of werken op een bedrijf met varkens, vleeskalveren of vleeskuikens. 

Verspreiding voorkomen

Het voorkomen van verspreiding van de MRSA bacterie in het ziekenhuis is belangrijk. In een ziekenhuis zijn veel mensen met een verminderde weerstand, wonden (bijv. operatiewonden) en infusen dicht bij elkaar. Deze mensen lopen gemakkelijker een infectie op, die ernstiger kan verlopen. We willen voorkomen dat resistente bacteriën zich verspreiden in het ziekenhuis en infecties veroorzaken.

Het is daarom heel belangrijk dat iedereen die in contact komt met patiënten (zoals artsen, verpleegkundigen) zich houdt aan de hygiëneregels. Zo kunnen we verspreiding van bacteriën voorkomen.

In Nederland komt de MRSA bacterie (in vergelijking met de meeste andere landen) weinig voor. Dit komt door de jarenlange succesvolle aanpak van de Nederlandse ziekenhuizen om verspreiding van de bacterie tegen te gaan. Onder deze aanpak vallen ook de isolatiemaatregelen waarmee u te maken hebt.

Gevolgen voor uw behandeling in het ziekenhuis

Strikte isolatie

Om verspreiding van de MRSA bacterie te voorkomen verplegen wij u in strikte isolatie. Strikte isolatie betekent dat u op een éénpersoonskamer met een voorkamer (sluis) wordt verpleegd. Het ziekenhuispersoneel trekt, voordat ze uw kamer binnenkomen, in de sluis een neusmondmasker, een muts, handschoenen en een schort aan.

U mag de kamer alleen verlaten als uw arts daar toestemming voor geeft.

Als u een medisch onderzoek of medische ingreep moet ondergaan, wordt dit aan het einde van de dag of einde van het behandelprogramma ingepland.

De ruimte waar het onderzoek of de ingreep wordt uitgevoerd kan daarna extra worden schoongemaakt om MRSA-besmetting van andere patiënten te voorkomen. 

Registratie

Bij alle patiënten die de MRSA bacterie bij zich dragen wordt dat in hun patiëntendossier geregistreerd. Medewerkers van het UMC Utrecht zien dit als zij uw patiëntengegevens raadplegen. Dit is belangrijk omdat de verpleegkundigen en artsen dan weten dat ze rekening moeten houden met de MRSA bij uw behandeling en verzorging. Deze registratie blijft minimaal één jaar bestaan.

Bezoek

Tijdens uw ziekenhuisopname kunt u gewoon bezoek ontvangen. Bezoekers moeten zich eerst melden bij de verpleegbalie. Vóór het verlaten van uw kamer moeten zij de handen inwrijven met handalcohol. Deze handalcohol hangt in de sluis. Wanneer uw bezoek nog meer patiënten wil bezoeken, vragen wij hen om u als laatste te bezoeken. 

Gevolgen voor u na ontslag

Thuissituatie

Thuis is dragerschap van de MRSA bacterie meestal geen enkel probleem. Als u gebruik maakt van thuiszorg of andere zorgverleners (zoals fysiotherapie) raden wij u aan om het aan ze te melden. Deze zorgverleners hebben ook contact met andere patiënten en kunnen dan maatregelen treffen om verspreiding van de MRSA bacterie te voorkomen. 

Polikliniek en onderzoeksafdeling

Bij polikliniekbezoek zijn geen extra maatregelen nodig. Indien u een (poliklinische) behandeling moet ondergaan zijn mogelijk wel extra isolatiemaatregelen nodig. Dit hangt af van het soort behandeling. Omdat in uw patiëntendossier geregistreerd staat dat u de MRSA bacterie bij u draagt kunnen de medewerkers van de polikliniek en/of behandelafdeling hier rekening mee houden.

Bij opname of polikliniekbezoek in een ander ziekenhuis

Gaat u naar een ander ziekenhuis? Meld dan bij het eerste contact dat u drager bent van de MRSA bacterie. Alle Nederlandse ziekenhuizen volgen dezelfde landelijke richtlijnen bij patiënten met MRSA. Er zijn soms verschillen tussen ziekenhuizen omdat het beleid altijd is aangepast aan de lokale situatie.

Hoe nu verder

Bij elke opname in het UMC Utrecht wordt u weer in strikte isolatie verpleegd. Er zullen regelmatig controlekweken bij u worden afgenomen, om te controleren of u nog steeds drager bent van de MRSA bacterie.

Afhankelijk van uw persoonlijke situatie kan worden bepaald of het nodig en/of zinvol is de bacterie met een speciale behandeling te verwijderen (dragerschapsbehandeling). Dit gebeurt poliklinisch, als u geen wonden of ernstige gezondheidsklachten meer hebt. Uw behandelend arts (specialist of huisarts) kan overleggen met de artsen van de Infectiepreventie Polikliniek en u eventueel verwijzen voor een dragerschapsbehandeling.

Indien u een dragerschapsbehandeling heeft ondergaan zullen er regelmatig controlekweken kweken worden afgenomen om na te gaan of de behandeling succesvol is geweest. Deze contolekweken kunnen worden afgenomen tijdens een (her)opname in het ziekenhuis, tijdens een poliklinisch bezoek of u kunt de kweken thuis zelf afnemen. Indien u de kweken thuis afneemt zorgen wij ervoor dat u de juiste materialen thuisgestuurd krijgt. Er zijn meerdere kweken nodig om vast te kunnen stellen dat u de MRSA bacterie daadwerkelijk kwijt bent.

Hebt u regelmatig contact met varkens, vleeskalveren of vleeskuikens? Dan is deze behandeling niet zinvol voor u. U komt in de thuis- of werksituatie namelijk steeds in contact met de bron van de MRSA (via het besmette vee) en raakt dus telkens opnieuw besmet.

Hebt u vragen?

Als u nog vragen hebt, dan kunt u deze aan uw verpleegkundige of behandelend arts stellen.

Of u stuurt ons een email met uw vraag: Polikliniek-Infectiepreventie@umcutrecht.nl

Voor meer informatie kunt u terecht op onze website: http://www.umcutrecht.nl/nl/Ziekenhuis/afdelingen/MRSA U vindt ons onder: Infectiepreventie polikliniek  

Veelgestelde vragen

1. Hoe vaak wordt de MRSA bacterie vastgesteld in alle Nederlandse ziekenhuizen bij elkaar?

In alle Nederlandse ziekenhuizen bij elkaar wordt elk jaar bij ongeveer 3500 mensen de MRSA bacterie vastgesteld. Bron: NethMap 2016.

2. Kan ik voorkomen dat ik de MRSA bacterie oploop?

In de meeste gevallen kunt u er niets aan doen. De MRSA bacterie kan worden opgelopen vanuit verschillende bronnen:

  • Zorginstellingen: MRSA kan zich in een ziekenhuis of zorginstelling gemakkelijker verspreiden als de hygiënische maatregelen niet voldoende worden nageleefd of als (nog) niet duidelijk was dat iemand drager is van MRSA, en er daarom geen extra hygiënische maatregelen werden genomen.
  • Veehouderij: door direct contact met besmet vee.
  • Samenleving: dit komt weinig voor maar u kunt MRSA ook oplopen via een MRSA-bron waarmee u in het dagelijks leven in contact komt. Dit is dan meestal een persoon die MRSA-drager is.

U kunt de MRSA bacterie niet met het blote oog zien. U kunt dus ook niet zien wie de bacterie bij zich draagt. U weet dus ook niet wanneer u eventueel in contact komt met de MRSA bacterie. Het is vaak is dan ook moeilijk of niet te achterhalen waar u de MRSA bacterie hebt opgelopen.

3. Word je na contact met MRSA altijd MRSA-drager?

Nee, meestal niet.

De kans om in Nederland met de MRSA bacterie in contact te komen is gelukkig klein. De meeste mensen komen niet in aanraking met mensen of dieren die MRSA-drager zijn.

De kans om de bacterie over te dragen is het grootst als er intensief contact is tussen iemand die de MRSA bacterie bij zich draagt en anderen. U kunt daarbij denken aan knuffelcontacten binnen een gezin of bij de verzorging van patiënten in het ziekenhuis.

Raakt u toch besmet met MRSA, dan levert dat in de meeste gevallen geen problemen op en merkt u er niets van.

Personen die de MRSA bacterie oplopen zullen deze in de meeste gevallen vanzelf weer kwijtraken. Voorwaarde is dat er niet steeds opnieuw direct contact is met de MRSA-bron en er geen factoren zijn die kans op MRSA- dragerschap vergroten (zoals wonden en chronische huidaandoeningen).

4. Hoe lang kan de MRSA bacterie in leven blijven buiten het menselijk lichaam? 

De MRSA bacterie kan goed tegen uitdroging en bevriezing. Zo kan de MRSA bacterie lange tijd overleven buiten het menselijk lichaam op voorwerpen, oppervlakken (zoals bed, deur en toilet), huidschilfers en stof.

5. Waar komt de MRSA bacterie het meeste voor?

De MRSA bacterie komt vooral in ziekenhuizen en verpleeghuizen voor. Dit geldt voor Nederland maar ook voor alle andere landen in de wereld.

Echter in Nederland komt MRSA , in vergelijking met heel veel andere landen, weinig voor.

6. Kan ik ziek worden van de MRSA bacterie?

Ja, U kunt ziek worden van de MRSA bacterie.

De MRSA is een huidbacterie. Infecties met de MRSA bacterie zijn dus meestal infecties van de huid, zoals een steenpuist of wondinfectie. De behandeling is hetzelfde als bij infecties met andere huidbacteriën.

Soms is het toch nodig om een huidinfectie te behandelen met anti- biotica. In het geval van een infectie met de MRSA bacterie heeft de arts keuze uit minder soorten antibiotica om de infectie te bestrijden en moet daar dus rekening mee houden.

7. Kan ik de MRSA bacterie weer kwijt raken?

Ja, in de meeste gevallen wel. U raakt de bacterie meestal vanzelf kwijt. U kunt de bacterie ook kwijtraken na een behandeling die speciaal is gericht op de MRSA bacterie: een MRSA-dragerschapsbehandeling.

In sommige gevallen heeft een behandeling geen zin. Dit is het geval als u steeds opnieuw in contact komt met de bron van de MRSA bacterie of als u wonden heeft of bepaalde huidaandoeningen. De aanwezigheid hiervan bemoeilijkt een succesvolle behandeling.

8. Hoe worden MRSA kweken afgenomen?

Kweken worden afgenomen met wattenstokken. Het afnemen gebeurt door langs bepaalde plekken op het lichaam te strijken. Voor elke plek op het lichaam wordt een aparte wattenstok gebruikt. Het afnemen van de kweken is pijnloos. Vervolgens wordt elke kweekstok in een apart kweekbuisje gestopt en verstuurd naar het laboratorium.

9. Waar op het lichaam worden MRSA kweken afgenomen?

MRSA kweken worden meestal afgenomen uit beide neusgaten, achter in de keel en van de huid tussen de anus en de balzak of vagina (perineum). Als u wonden hebt of een huidaandoening kan de arts besluiten hier ook kweken van af te nemen. Als uw medische situatie het nodig maakt kan uw arts besluiten dat er ook kweken worden afgenomen van uw oren, urine of sputum.

10. Als ik de MRSA bacterie door een behandeling ben kwijtgeraakt kan ik hem dan toch opnieuw oplopen?

Ja. Als u de MRSA bacterie door een behandeling of spontaan bent kwijtgeraakt kunt u de MRSA bacterie toch opnieuw oplopen. U kunt de bacterie opnieuw oplopen als u in direct

contact komt met iemand die drager is van de MRSA bacterie. Vaak wordt niet duidelijk waar u de bacterie oploopt. De bron van de bacterie is vaak moeilijk op te sporen.

11. Ik ben MRSA-drager. Mag ik iemand een hand, knuffel of zoen geven?

Ja. U mag anderen gewoon een hand geven of op een andere manier aanraken.

Het strenge Nederlandse MRSA-beleid in ziekenhuizen is erop gericht verspreiding van de MRSA bacterie binnen ziekenhuizen en andere zorginstellingen tegen te gaan. Veel patiënten binnen zorginstellingen hebben een verminderde weerstand of een wond of infuus. Zij lopen de MRSA bacterie gemakkelijker op en kunnen er ook ziek van worden.

Buiten zorginstellingen levert de MRSA bacterie zelden problemen op. Een besmetting met MRSA levert in de meeste gevallen geen problemen op bij gezonde mensen. Daarnaast zal in veel gevallen degene die de MRSA bacterie heeft opgelopen de MRSA bacterie ook weer spontaan kwijtraken.

Mensen die gezond zijn en niet in de zorg werken hoeven geen extra maatregelen te nemen als ze in contact komen met u als MRSA-drager.

12. Ik ben MRSA-drager. Wie moet ik hiervan op de hoogte stellen?

U moet in de volgende gevallen melden dat u MRSA-positief bent:

  • Wanneer u wordt opgenomen of een polikliniek afspraak hebt in een ziekenhuis of andere zorginstelling
  • Wanneer u een afspraak heeft met de huisarts, fysiotherapeut, tandarts, thuiszorg enz. Dus alle zorgverleners die zelf ook in contact komen met andere patiënten.
  • Als u in de zorg werkt of gaat werken moet u uw MRSA-dragerschap direct bij uw leidinggevende en vervolgens bij de bedrijfsarts melden.
  • Als uw partner of huisgenoot in de zorg werkt moet hij/zij uw MRSA-dragerschap direct melden bij zijn/haar leidinggevende.

13. Ik ben MRSA-drager. Wordt ik bij de spoedeisende hulp van het UMC Utrecht meteen geholpen?

Patiënten die MRSA-drager zijn en met spoed medische zorg nodig hebben kunnen altijd terecht in het UMC Utrecht. Er worden wel isolatiemaatregelen getroffen zodat verspreiding van de MRSA bacterie in het ziekenhuis wordt voorkomen.

MRSA-dragerschap is nooit een reden om medisch noodzakelijk zorg te weigeren. U hebt recht op deze zorg.

Bij een bezoek aan de eerste hulp van het UMC Utrecht worden er, bij een MRSA-positieve patiënt, standaard isolatiemaatregelen en logistieke aanpassingen getroffen. Deze maatregelen mogen een goede zorg niet in de weg staan. MRSA is geen reden om een patiënt niet de beste zorg te leveren.

Zorgverleners kunnen voor advies over isolatiemaatregelen contact opnemen met de afdeling Infectiepreventie.