In deze folder vindt u informatie over een correctie van het bovenooglid. Wat is belangrijk om te weten voor en na de ingreep?
De huid van het bovenooglid kan zo slap worden dat deze over het oog gaat hangen (blepharochalasis). Soms gaat dit samen met het uitpuilen van vetweefsel in de oogkas. Het vetweefsel duwt de huid naar voren, waardoor de huid plooit of een bolling vormt boven het oog. Dit kan problemen geven bij het zien. Een bijkomende klacht van blepharochalasis is, dat men er moe of oud uitziet. Verslapping van de huid van het bovenooglid kan de chirurg corrigeren. Dit heet blepharoplastiek (blepharo betekent ooglid en plastiek komt van vormgeven).
Voor de ingreep uitklapper, klik om te openen
Om bloedingen tijdens en na de operatie zoveel mogelijk te beperken, is het van belang, dat u tien dagen voor de operatie stopt met het slikken van bloedverdunnende middelen (sintrom, marcoumar, ascal). Overleg dit met uw voorschrijvend arts en de chirurg.
De operatie uitklapper, klik om te openen
Correctie van de bovenoogleden gebeurt bij voorkeur onder plaatselijke verdoving op de polikliniek. Vlak voor de operatie tekent de chirurg het huiddeel af dat weggenomen wordt. Daarna verdooft de chirurg de huid rond de ogen. De verdovingsprikjes zijn vervelend maar goed te verdragen. U voelt na het prikken geen pijn meer, wel aanraking. De chirurg maakt een snee in de plooi van het bovenooglid en haalt het huidoverschot weg. Indien nodig, gecombineerd met overtollig vetweefsel. Met een elektrisch apparaatje schroeien we de kleine bloedvaatjes dicht. Dit doet geen pijn maar kan onaangename ruiken. Het grootste deel van het litteken komt in de natuurlijke plooi van het bovenooglid. Dit litteken is na verloop van tijd nauwelijks zichtbaar.
Na de operatie uitklapper, klik om te openen
Na een ooglidcorrectie kunnen de behandelde oogleden dik, blauw en gezwollen zijn. Zelden is dit zo ernstig dat u niet meer kunt zien. De wond wordt afgedekt met steristrips (smalle pleisters) ter ondersteuning. Wij raden aan thuis de oogleden gedurende 24 uur te koelen met een ijsbril of met een zakje diepvrieserwten of ingevroren appelstroop in een schone theedoek. Hiermee vermindert u de pijn en zwelling. Meestal heeft u geen pijnstiller nodig, maar als u toch pijn heeft, mag u paracetamol innemen. Het is belangrijk drukverhogende momenten op het hoofd zoveel mogelijk te vermijden. Pas dus op met bukken, zwaar tillen, persen, sporten en feesten. Na vijf tot zeven dagen komt u op de polikliniek voor controle en verwijdert de chirurg de hechtingen. U mag pas zalf of crème op het litteken smeren als de wondjes genezen zijn. Dan mag u ook weer make-up aanbrengen op de oogleden.
Complicaties uitklapper, klik om te openen
Na een correctie van de bovenoogleden treedt nauwelijks bloedlekkage op. Soms bloedt het wondje toch wat na. Dit is meestal niet ernstig, maar het duurt langer voordat de oogleden er normaal uitzien. Soms kunt u uw ogen de eerste tijd na de operatie niet helemaal openen of sluiten. Om de ogen te behoeden voor uitdroging kunt u via de chirurg oogdruppels of zalf verkrijgen.
Indien u na de ingreep last krijgt van slecht zien of pijn in combinatie met een forse zwelling verzoeken wij u zo spoedig mogelijk contact op te nemen met het UMC Utrecht (telefoonnummers, zie onder aan deze folder).
Resultaat uitklapper, klik om te openen
Het resultaat van een bovenooglidcorrectie is meestal langdurig, maar als de huid en de spier rondom het oog verder verslappen, kan een nieuwe correctie nodig zijn. Door littekenreactie kan het ooglid wat gaan trekken. Meestal duurt het een aantal weken tot maanden voor dit helemaal over is. Ook kunt u last krijgen van gevoelloosheid van de oogleden of wat vochtophoping rond de ogen. Na verloop van tijd verdwijnen deze klachten vanzelf. In zeldzame gevallen kan een zogenaamde epitheelcyste (een bobbel ter hoogte van het litteken) ontstaan. Deze cyste kan chirurgisch worden verwijderd.
Vergoeding uitklapper, klik om te openen
Een correctie van de bovenoogleden wordt alleen vanuit de basisverzekering vergoed wanneer er sprake is van:
- een aangeboren afwijking
- een chronische aandoening (na verwijzing van huisarts of medisch specialist)
- een ernstige gezichtsveldbeperking door verslapping en of verlamming van de spieren van het bovenooglid.
In deze gevallen moet u eerst toestemming voor vergoeding bij uw zorgverzekeraar krijgen.
Telefoonnummers uitklapper, klik om te openen
Voor het maken van een afspraak 088 75 577 62
Bij problemen na de operatie: Maandag - vrijdag tussen 8.00 en 16.30: 088 75 577 54, buiten deze tijden 088 75 555 55, vragen naar de dienstdoende kaakchirurg.
Tot slot uitklapper, klik om te openen
Indien u na het lezen van deze folder vragen heeft, kunt u deze stellen tijdens een afspraak op de polikliniek.
Contact uitklapper, klik om te openen
Hebt u vragen? Neem dan contact met ons op. Voor het maken van een afspraak hebt u een verwijzing nodig van de huisarts of specialist.
Polikliniek Mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie en bijzondere tandheelkunde
De polikliniek is op werkdagen bereikbaar van 08.15 - 11.30 uur en van 12.15 - 16.30 uur