Terug

Angiografie stent halsslagader

Angiografie stent halsslagader

Patiëntfolder

Wat is een angiografie?
Een angiografie is een onderzoek waarbij de bloedvaten zichtbaar gemaakt worden met behulp van röntgenstralen en contrastmiddel.  Door het inspuiten van contrastmiddel zijn de bloedvaten en de weefsels eromheen van elkaar te onderscheiden. We bekijken of de bloedvaten afwijkend zijn. 
 
Stent
Een stent is een fijnmazig hoesje (met gaas structuur) dat in een bloedvat geplaatst wordt. De stent kan helpen een vernauwing in het bloedvat te verwijden. De stent blijft in het bloedvat achter.

Lees meer informatie over behandelingen:
interventieradiologie bij vaatlijden

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

  • Heeft u bij een eerder onderzoek een contrast reactie gehad, neem dan contact op met uw behandelend arts
  • Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen, neem dan contact op met uw behandelend arts
  • Overige medicijnen (niet bloedverdunnend) mag u gewoon innemen met een glaasje water.
  • Twee uur voor het onderzoek niet meer eten, wel drinken (helder vloeibaar, geen melkproducten)
  • U krijgt een infuus voor eventuele toediening van medicijnen

Wanneer er (mogelijk) een stent geplaatst gaat worden, moet u enkele dagen voor de behandeling starten met 2 soorten bloedverdunners. Bij een stentplaatsing bestaat het risico dat er stolsels ontstaan op de stent. Om dit risico zo klein mogelijk te maken, zijn deze specifieke bloedverdunners noodzakelijk.

De werking van deze bloedverdunners wordt gecontroleerd op de dag van opname. Wanneer de werking hiervan onvoldoende is, zal de medicatie aangepast worden. Alleen indien er tijdens de behandeling daadwerkelijk een stent geplaatst wordt, dient u deze bloedverdunners tot enkele maanden na de behandeling te gebruiken.

In dat geval kan het zijn dat ongeveer een week na de behandeling nogmaals de werking van de bloedverdunners getest moet worden. Dit kan helaas alleen in het UMC Utrecht. U krijgt dan bij ontslag een formulier mee om bloed te laten prikken.

Tijdens het onderzoek uitklapper, klik om te openen

De verpleging brengt u naar de afdeling radiologie. Een medewerker haalt u op uit de wachtruimte en begeleidt u naar de onderzoeksruimte. In de onderzoeksruimte stellen we u een aantal controle vragen (naam, geboortedatum, medicijn gebruik) om de procedure veilig te laten verlopen.  In de onderzoeksruimte schuift u uit uw bed naar de onderzoekstafel. U komt op uw rug op de onderzoekstafel te liggen. U wordt aangesloten op de bewakingsapparatuur, zo kunnen wij uw bloeddruk en zuurstofgehalte tijdens de procedure meten.

De lies wordt eerst plaatselijk verdoofd. Vervolgens wordt het bloedvat aangeprikt in de lies. Via een dun slangetje dat wordt ingebracht in het bloedvat kan het contrastmiddel worden ingespoten. Het deel van het lichaam dat wordt onderzocht wordt steeds opnieuw zo goed mogelijk in beeld gebracht. De onderzoekstafel waar u op ligt zal daarom een aantal keer verschuiven. Als op de foto een vernauwing te zien is kan deze worden opgemeten. De juiste maat stent wordt gekozen.  De stent wordt via het slangetje in de lies naar het vernauwde bloedvat gebracht. Na het plaatsen van de stent wordt een controle foto gemaakt om te kijken of het bloedvat de juiste diameter heeft. Als het bloedvat nog niet voldoende wijd is kan er aanvullend worden gedotterd. Er wordt dan een ballonnetje opgeblazen in het bloedvat. Het bloedvat rekt daardoor weer op waardoor het bloedvat weer wijder wordt. 

Om het risico op infectie zo klein mogelijk te houden wordt in de onderzoeksruimte steriel gewerkt. Dat wil zeggen, zoals op een operatiekamer, met speciale kleding en hygiëne regels.  

Mogelijke complicaties

  • Vaak voorkomend
    -misselijkheid, duizeligheid naar aanleiding van het contrastmiddel.
    -bloeduitstorting op de aanprikplek  zoals een forse blauwe plek.
    -herseninfarct
  • Soms voorkomend
    -nabloeding doordat de aanprikplek weer open gaat: druk met uw vingers stevig op de aanprikplek en schakel hulp in. 
    -contrast allergie: klachten van jeuk, galbulten, benauwdheid.

Duur van het onderzoek
Dit hangt samen met de vraagstelling en het verloop van het onderzoek. In de meeste gevallen duurt het onderzoek ongeveer 2 uur. 

Na het onderzoek uitklapper, klik om te openen

  • u wordt door de verpleging opgehaald en teruggebracht naar de afdeling
  • na het onderzoek is het advies extra te drinken en u mag ook direct weer eten

Om de kans op een nabloeding zo klein mogelijk te houden,
heeft u 4 uur platte bedrust op de verpleegafdeling.

Leefregels
> rij niet zelf naar huis en loop rustig de trap op
> vanaf de derde dag na het onderzoek mag u weer seksueel contact hebben
> 1 week niet sporten , geen zware dingen tillen

Extra leefregels na het plaatsen van een inwendige hechting
> 24 uur niet douchen of in bad 
> bewaar het hechting kaartje dat u mee krijgt
 

De uitslag
De radioloog bespreekt, zo mogelijk,  aansluitend aan de procedure het verloop met u. De radioloog maakt na afloop van het onderzoek een verslag. Dit verslag wordt naar de arts gestuurd die het onderzoek voor u heeft aangevraagd. Deze arts bespreekt de definitieve uitslag met u.

Veelgestelde vragen uitklapper, klik om te openen


Overige vragen kunt u aan uw behandelend arts stellen. Neem daarvoor contact op met de betreffende polikliniek.

https://www.umcutrecht.nl/nl/ziekenhuis/polikliniek

Contact uitklapper, klik om te openen

Als u een afspraak wilt maken of bent u verhinderd? Neem contact op. Voor een afspraak is een verwijzing nodig.

Polikliniek Radiologie

088 75 588 55

Wilt u contact met ons opnemen na 17.00 uur of in het weekend?
Belt u dan met het centrale nummer van het UMC Utrecht, 088-755 5555.