Terug

Angiografie embolisatie neuro durale fistel

Angiografie embolisatie neuro durale fistel

Patiëntfolder

Wat is een embolisatie?
Een embolisatie is een behandeling waarbij de bloedvaten dichtgemaakt worden. De bloedstroom wordt daardoor gestopt. Op die plek stroomt geen bloed meer door het geëmboliseerde bloedvat. 

Wat is een durale fistel?
Een durale arterio-veneuze fistel (DAVF)  is een vaatafwijking in het hoofd.  Het is een misvorming van het bloedvatstelsel rond het harde hersenvlies (de dura) van de hersenen waarbij er een abnormale verbinding ontstaat tussen slagader (arterie) en ader (vene). Als gevolg hiervan wordt de hoge druk die in de slagader heerst vrijwel rechtstreeks overgedragen op de afvoerende ader. Aangezien de vaatwand van een ader niet is gemaakt om de hoge druk van een slagader te weerstaan, bestaat de kans op een bloeding.

De gevolgen van de bloeding hangen sterk af van de plaats en uitgebreidheid van de bloeding.
Andere klachten van een durale fistel  kunnen zijn: oorsuizen, het horen van de hartslag aan de kant van de fistel, druk op de ogen, hoofdpijn, neurologische uitval

Een DAVF is meestal niet aangeboren,  maar ontstaat vaak  als gevolg van een trauma of  trombose in de ader. 

Dit is informatie over een durale fistel en de behandeling hiervan. Iedere fistel is anders en er zijn verschillende behandelmogelijkheden. Tijdens een poligesprek met de neuro interventie-radioloog kan specifieke informatie over uw behandeling gegeven worden.

  • Endovasculaire  embolisatie: het vanuit de bloedvaten afsluiten van een vat (door de neuro-interventie-radioloog)
  • Open operatie (door de neurochirurg)

Tijdens een medisch overleg met de neuroloog, neurochirurg en neuro interventie-radioloog wordt er gekeken wat voor u de beste behandeling is. Dit wordt vervolgens door uw aanvragend arts met u besproken.

Wanneer de keuze valt voor embolisatie, wordt tijdens het poligesprek met de neuro interventie-radioloog specifieke informatie over uw behandeling en de behandelrisico’s gegeven.

Lees meer informatie over behandelingen:
interventieradiologie bij neuro-interventies

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

  • Heeft u bij een eerder onderzoek een contrast reactie gehad, neem dan contact op met uw behandelend arts
  • Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen, neem dan contact op met uw behandelend arts
  • Overige medicijnen (niet bloedverdunnend) mag u gewoon innemen met een glaasje water.
  • U krijgt een infuus voor de narcose

Het onderzoek vindt plaats met narcose.  U krijgt van de afdeling anesthesie aanvullende informatie tijdens de pré operatieve screening.

Tijdens het onderzoek uitklapper, klik om te openen

Door de verpleging wordt u naar de afdeling radiologie gebracht. Een medewerker haalt u op uit de wachtruimte en begeleidt u naar de onderzoeksruimte. In de onderzoeksruimte stellen we u een aantal controle vragen (naam, geboortedatum, medicijn gebruik) om de procedure veilig te laten verlopen.  In de onderzoeksruimte schuift u uit uw bed naar de onderzoekstafel. U komt op uw rug op de onderzoekstafel te liggen. U wordt aangesloten op de bewakingsapparatuur, zo kunnen wij uw bloeddruk en zuurstofgehalte tijdens de procedure meten. Medewerkers van de afdeling anesthesie brengen u in slaap.

Een bloedvat wordt aangeprikt in de lies. Via een dun slangetje (katheter) dat wordt ingebracht in het bloedvat kan het contrastmiddel worden ingespoten om de bloedvaten in beeld te brengen. Om de durale fistel te kunnen behandelen moet er een nog dunnere katheter tot bij de durale fistel geplaatst worden. Vervolgens wordt er een soort ‘lijm’ in de durale fistel gespoten en worden de abnormale verbindingen hierdoor afgesloten. Als het onderzoek klaar is, wordt de aanprikplek in de lies dichtgemaakt door een inwendige hechting te plaatsen.

Het is niet altijd mogelijk om de fistel in één keer te behandelen. Een 2e embolisatie vindt dan over het algemeen 3 maanden later plaats. Hiervan kan vooraf een inschatting gemaakt worden, maar pas na de behandeling is dit met zekerheid te zeggen.

Om het risico op infectie zo klein mogelijk te houden wordt in de onderzoeksruimte steriel gewerkt. Dat wil zeggen, zoals op een operatiekamer, met speciale kleding en hygiëne regels. 

Mogelijke complicaties
Bij iedere behandeling bestaat er een kans op een complicatie. Hoe groot dit risico is, hangt af van uw algehele conditie, de fistel en de behandeling. Het gemiddelde behandelrisico is <5%.

  • Neurologische uitval
    -bloeding tijdens of  na de behandeling
    -embolie tijdens de embolisatie
    -zwelling van de bloedvaten na de embolisatie. Dit kan tijdelijke toename van uitvalsverschijnselen geven. Hiervoor kan preventief medicatie voorgeschreven worden.
  • Haaruitval. Indien de behandeling erg lang heeft geduurd (>4uur), kan er mogelijk lokaal op het hoofd haaruitval optreden a.g.v. het langdurig gebruik van röntgenstraling. Dit begint ongeveer 2 weken na de behandeling. Na ongeveer 3 maanden herstelt dit weer.
  • Bloeduitstorting in de lies. Bij de punctieplaats in de lies kan een bloeduitstorting ontstaan. Dit geeft soms pijnklachten, maar verdwijnt na enkele dagen tot een week. Er kan een verkleuring, doofheid of temperatuurverandering optreden in het behandelde been of de lies waar de katheter in geplaatst was. Neemt u dan contact op met de huisarts.
  • Nabloeding in de lies. De plaats waar de katheter in de lies heeft gezeten kan nog na enkele uren gaan nabloeden. Het wondje in de lies zal dan pomp- of golfsgewijs gaan bloeden. Druk dan met uw vingers de slagader in de lies dicht (of laat iemand anders dit doen) en waarschuw direct de huisarts.
  • Infectie. Er is toenemende zwelling in de lies en de lies is pijnlijk en u heeft mogelijk koorts. Neemt u contact op met de huisarts.
  • Allergische reactie. Een overgevoeligheidsreactie op het jodium houdend contrastmiddel kan optreden. Vaak is dit tijdens of vlak na het onderzoek (jeuk, galbulten, benauwdheid). Wanneer u hier last van krijgt als u weer thuis bent, neem dan contact op met de huisarts.

Duur van het onderzoek
De duur van de behandeling is vaak 3 à 4 uur. De duur hangt af van het aantal vaten hoe makkelijk/moeilijk de fistel te bereiken is.
Soms blijkt het tijdens de behandeling  niet mogelijk te zijn met de katheter ter plaatse van de fistel te komen. Een embolisatie is dan niet mogelijk.

Na het onderzoek uitklapper, klik om te openen

  • Na een behandeling onder narcose wordt u naar de uitslaapkamer gebracht. Soms is er kort na de behandeling tijdelijk een verhoogd risico op een bloeding en wordt u nog een paar uur na de behandeling in slaap gehouden. Hierdoor is uw bloeddruk lager en kunnen de hersenen wennen aan de nieuwe bloeddoorstroming na de behandeling.
  • u wordt door de verpleging opgehaald en teruggebracht naar de afdeling
  • na het onderzoek is het advies extra te drinken en u mag ook direct weer eten

Zodra de behandeling klaar is zal de radioloog contact opnemen met uw 1e contactpersoon om te vertellen hoe de behandeling is verlopen. Het duurt dan nog ongeveer 1 à 2 uur voor u weer terug bent op de verpleegafdeling. De radioloog zal voor u met ontslag gaat, zelf nog bij u langs lopen op de afdeling om te vertellen hoe de behandeling is verlopen.  

Controles

  • Wanneer een embolisatie voldoende lijkt, is er wel nog een controle angiografie noodzakelijk enkele maanden erna. Sommige vaatjes van een durale fistel zijn zo klein, dat ze tijdens de eerste embolisatie (nog)  niet zichtbaar zijn. In de loop van een paar  maanden kunnen deze vaatjes groter worden en wel zichtbaar zijn op de controle angiografie. Een 2e embolisatie of andere aanvullende behandeling kan alsnog nodig zijn.
  • Mocht u na de behandeling nog behoefte hebben aan een gesprek met de neuro interventieradioloog, neemt u dan contact op met de angiokamer: 088-7574617.

Om de kans op een nabloeding zo klein mogelijk te houden,
heeft u 4 uur platte bedrust op de verpleegafdeling.

Leefregels
> rij niet zelf naar huis en loop rustig de trap op
> vanaf de derde dag na het onderzoek mag u weer seksueel contact hebben
> 1 week niet sporten , geen zware dingen tillen

Extra leefregels na het plaatsen van een inwendige hechting
> 24 uur niet douchen of in bad 
> bewaar het hechting kaartje dat u mee krijgt
 

De uitslag
De radioloog maakt na afloop van het onderzoek een verslag. Dit verslag wordt naar de arts gestuurd die het onderzoek voor u heeft aangevraagd. Deze arts bespreekt de definitieve uitslag met u.

Veelgestelde vragen uitklapper, klik om te openen


Overige vragen kunt u aan uw behandelend arts stellen. Neem daarvoor contact op met de betreffende polikliniek.

https://www.umcutrecht.nl/nl/ziekenhuis/polikliniek

Contact uitklapper, klik om te openen

Als u een afspraak wilt maken of bent u verhinderd? Neem contact op. Voor een afspraak is een verwijzing nodig.

Polikliniek Radiologie

088 75 588 55

Wilt u contact met ons opnemen na 17.00 uur of in het weekend?
Belt u dan met het centrale nummer van het UMC Utrecht, 088-755 5555.